Leven, Evolutie, Phylogenie
1. Eigenschappen Van Het Leven (Th2 H2.3 ↗39)
- organisatie
- homeostase
- stofwisseling
- reactie
- groei/ontwikkeling
- voortplanting
- evolutie
Noot: er zijn voor alles uitzonderingen (Biologie is “de wetenschap van de uitzonderingen”).
2. Evolutie
2.1. Wat is Evolutie?
Let op! Er is een heleboel informatie online; een grote deel ontvind ik (FM) als over-enthusiast of bekerend.
Evolutie is
- een verandering
- van een erfelijk kenmerk
- binnen een populatie
- van één generatie naar de volgende.
2.2. Ingredienten:
- kenmerken/eigenschappen
- die variabel zijn
- die erfelijk zijn
2.3. Hoe gaan die veranderen?
- normaal: toevallig
- selectie: gericht, als reproductiewaarshijnlijkheid niet-toevallig is. [video (eng.)]
2.4. Komen er nieuwe kenmerken bij? → ja, soms!
(belangrijke beïnvloedende factoren: populatiegrootte, generatietijd)
2.5. Waarom zo een “hype” om Darwin?
→ hij heeft uitzonderlijk vele ideeën samengedragen!
Boek van Darwin (1859): De oorsprong der soorten: over het ontstaan van soorten door natuurlijke selectie of het behoud van bevoordeelde rassen in de strijd om leven
- variatie van eigenschappen (eng. “traits”)
- begreep lange tijdspan (“deep time”, fossielen)
- afstamming met verandering (“descent with modification”)
- artificiële en natuurlijke selectie (“struggle for existence”)
- erfelijkheid (toen nog niet duidelijk; nu weten we: DNA)
Spelletje:
3. Orde Brengen in de Biodiversiteit (Th2 H4 ↗55)
Er zijn twee organisatietaken:
- “fylogenie” (de evolutionaire geschiedenis in kaart brengen, dus “de boom” natekenen), en
- “taxonomie” (classificatie / groeperen van soorten op basis van de fylogenie).
3.1. Fylogenie
- Wat is Fylogenie?
- fylogenetische stamboom is in de evolutiebiologie een schema dat de evolutionaire geschiedenis van een bepaalde groep verwante biologische soorten (of andere taxa) weergeeft
- herhaling boom = fylogenetische stamboom: zie “tree of life” (vorige les)
voorbeeld: xenarthra
basis voor boombouw:
- ofwel DNA
- of kenmerken
- Opdracht: Eigen Boom Bouwen
- voorbeeld:
- Begrippen:
- parcimonie = spaarsamheid, zo weinig evolutionaire stappen als mogelijk
- apomorphie = afwijkend kenmerk
vorige les \(\quad\) volgende les